6 juli 2021 ‘Zorg jij ervoor dat ik niets koop?’ zei ik tegen mijn levensgezel op weg naar Studio BloemDwars in Amsterdam, want ik had al foto’s gezien van de tentoonstelling die daar werd gehouden. In de stadsgang naar de galerie hingen opgeraapte blikjes die waren veranderd in sculptuurtjes, binnen zaten ze tot aan het plafond. De kunstenaar, Gilmario da Silva, was zelf aanwezig, een man zonder het raffinement van zijn succesvollere collega’s. In zijn plakboek zag ik de spreuk ‘Waste is feest’ voorbijkomen. Een prijslijst lag er niet, dus ik vroeg hoeveel een Frans bierblikje kostte dat een vogeltje was geworden. De kunstenaar perste een bedrag uit zijn mond alsof hij het eigenlijk te veel vond, vijftig euro. Mijn levensgezel knikte, op de terugweg fantaseerden we blij over de geschiktste plek.

MARIËT MEESTER

6 juli 2021 ‘Zorg jij ervoor dat ik niets koop?’ zei ik tegen mijn levensgezel op weg naar Studio BloemDwars in Amsterdam, want ik had al foto’s gezien van de tentoonstelling die daar werd gehouden. In de stadsgang naar de galerie hingen opgeraapte blikjes die waren veranderd in sculptuurtjes, binnen zaten ze tot aan het plafond. De kunstenaar, Gilmario da Silva, was zelf aanwezig, een man zonder het raffinement van zijn succesvollere collega’s. In zijn plakboek zag ik de spreuk ‘Waste is feest’ voorbijkomen. Een prijslijst lag er niet, dus ik vroeg hoeveel een Frans bierblikje kostte dat een vogeltje was geworden. De kunstenaar perste een bedrag uit zijn mond alsof hij het eigenlijk te veel vond, vijftig euro. Mijn levensgezel knikte, op de terugweg fantaseerden we blij over de geschiktste plek.